Om mensen die moeite hebben met taal en/of rekenen te kunnen helpen, moeten alle partners van een lokaal taalnetwerk samenwerken. Dat kan ingewikkeld zijn. Bijvoorbeeld omdat partners een ander idee hebben over de aanpak van laaggeletterdheid. Of omdat niet alle partners weten wat de plannen en doelen zijn.  

Met het Groeimodel aanpak laaggeletterdheid bekijk je met elkaar hoe jullie laaggeletterdheid nu aanpakken. En wat jullie daarmee bereiken. Ook kijk je waar ruimte is voor verbetering. Zodat jullie samen zoveel mogelijk mensen die moeite hebben met taal en/of rekenen bereiken. En hen kunnen helpen bij het versterken van hun taal- en/of rekenvaardigheden.  

De interventie kan op elk moment worden uitgevoerd: bij de start van de samenwerking, als je al even bezig bent of na een langere periode van samenwerken.  

Wil jij met jouw lokale netwerk de aanpak van laaggeletterdheid verbeteren?  

Neem dan contact op met de adviseur in jouw regio.

Alle informatie op een rij Probleem/aanleiding

Om mensen die moeite hebben met taal en/of rekenen te kunnen helpen, moeten alle partners van een lokaal taalnetwerk samenwerken. Dat kan ingewikkeld zijn. Met het Groeimodel aanpak laaggeletterdheid bekijken de partners met elkaar hoe ze laaggeletterdheid nu aanpakken. En hoe ze dat kunnen verbeteren.   

Doelgroep

Partners die samenwerken in een lokaal (digi)taalnetwerk. Zoals de gemeente, de bibliotheek, het (digi)Taalhuis, (digi)taalaanbieders en vrijwilligersorganisaties. Het Groeimodel kan ook worden gebruikt bij regionale samenwerkingen, zoals een bondgenootschap of taalpact.  

Doel

Met alle partners van het lokale (digi)taalnetwerk samen bepalen hoe de aanpak van laaggeletterdheid kan worden verbeterd.  

Aanpak

Alle deelnemers vullen eerst een digitale flitspeiling in. In 15 minuten beantwoordt iedereen deze vragen:  

Welke doelgroep bereiken we?  
Hoe verloopt het doorverwijzen?  
Is er voldoende geld voor onze ambities?  
Is er een gezamenlijk plan? 

Daarna volgt een werksessie van 150 minuten. Daarin bespreken de deelnemers de uitkomsten van de flitspeiling. Ze bekijken ook de huidige aanpak en bedenken verbeterpunten en verbeteracties. Om zo het draagvlak en de slagkracht te versterken. En daarmee de aanpak van laaggeletterdheid te verbeteren.   

Let op: Het Groeimodel aanpak laaggeletterdheid is geen standaardaanpak die iedereen kan gebruiken. Het model gaat uit van de ervaringen van de deelnemers.  

Onderzoek/Onderbouwing

We ontwikkelden het Groeimodel aanpak laaggeletterdheid samen met het Departement Bestuurs- en Organisatiewetenschap van de Universiteit Utrecht (USBO). Het model is gebaseerd op wetenschappelijke inzichten. De onderzoekers spraken ook met de ministeries van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) en Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), de Koninklijke Bibliotheek, het Steunpunt Basisvaardigheden, Stichting ABC en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). We ontwikkelden het model in de praktijk, samen met verschillende gemeenten.  


Wil je meer informatie over het Groeimodel aanpak laaggeletterdheid? Neem dan contact op met de adviseur in jouw regio

Of bekijk het Kennisblad Groeimodel aanpak laaggeletterdheid

Groeimodel aanpak laaggeletterdheid

Neem contact op met onze adviseur.

Annemijn Poot

Senior Adviseur