Open readspeaker blockpopup
Leerbehoeften ophalen en mensen motiveren: een succesvol project in Geertruidenberg
De gemeente Geertruidenberg onderzoekt bij mensen in de bijstand of zij mogelijk moeite hebben met lezen. Een docente besprak met deelnemers hun leerbehoeften. Dit mondde uit in een korte cursus van zes bijeenkomsten om deze deelnemers te motiveren tot een vervolg.
Wat zijn nu die leerbehoeften? En hoe kun je mensen motiveren naar een cursus te gaan om hun taalniveau te verhogen? In gesprek met docent Ria van Kuijck, cursist Remon van Hasselt en Dorine Mink van bibliotheek Theek 5.
Aanleiding
Eerder startte Gemeente Geertruidenberg een project om potentiële cursisten te vinden met de Taalmeter. Ria is bij dit project betrokken om de leerbehoeften op te halen en mensen te motiveren naar een cursus te gaan om hun taalniveau te verhogen. Ria: “We hebben ervoor gekozen om hiervoor zes bijeenkomsten te organiseren omdat je iets moet opbouwen met mensen.” Ria komt oorspronkelijk uit het basisonderwijs en werkt al jaren in de volwasseneducatie. Dit traject werd gefinancierd door de gemeente.
Opstart: ik heb het niet nodig
De eerste bijeenkomst van de cursus was best lastig. Dorine: “Mensen voelden zich gestuurd en ze vonden dat ze geen probleem hadden met lezen en schrijven. Ria kon dat naar het positieve draaien door te luisteren, vertrouwen te winnen en door luchtigheid.” Ria: “Bij die eerste bijeenkomst moesten mensen vooral gehoord worden. Mensen wilden in het begin hun frustraties kwijt. Iedereen is mondig, ‘ik kan echt wel mijn eigen boontjes doppen’. De meeste mensen kunnen dat ook. Maar het is belangrijk dat mensen naar zichzelf kijken. Wat heb ik wél nodig? Tijdens de cursus is ook een Taalambassadeur geweest. Dat was heel herkenbaar. Bij veel mensen zit nog frustratie over vroeger, dat het leren lezen en schrijven toen niet goed gelukt is. Dat er in de klas niet goed mee werd omgegaan als je niet echt mee kwam. Daar moet je dus ook iets mee.” Remon: “Je doet niet veel meer met taal. Je denkt ‘het is zo en het blijft zo’.”
Leerbehoeftes: heel divers
Ria heeft niet vooraf zes bijeenkomsten voorbereid. “Aan het einde van de bijeenkomst vroeg ik steeds, ‘wat wil je leren, wat vind je interessant, wat verwacht je?’ Want je moet echt luisteren naar de potentiële cursist, kijken naar wie je voor je hebt, en daar wat mee doen.” Op de vraag ‘wat wil je leren’ kwamen de volgende antwoorden:
- Brexit en ander nieuws
- Internetten
- Internetproviders
- Bijzondere bijstand
- Digitaal de krant lezen
- Online typecursus
- Afvalbeleid van de gemeente
- Omgaan met alcohol
- Sociale media
- De lokale krant
Wat motiveert? Werken in een groep
Ria heeft na de zes bijeenkomsten een kleine enquête gehouden. “Ik wilde weten wat mensen ervan vonden. Gezelligheid en het groepsgevoel bleken belangrijk te zijn. Dat moet het ijkpunt zijn. Dit sámen doen, als groep, is leuk. Daarbinnen moet je inhoudelijke maatwerk leveren. Mensen kunnen zóveel van elkaar leren. Ze staan open voor elkaar, hebben respect voor elkaar. Ze vinden herkenning, ‘ik ben niet de enige die hier moeite mee heeft’. Je moet kleinschalig denken. Een groep van zes zoals deze groep was ideaal.”
Professional onmisbaar
Volgens Dorine staat of valt zo’n traject met een docent. “Ria kon de deelnemers goed binden. Ze vroeg aan het einde elke keer: komen jullie volgende keer weer? Ze is heel invoelend. Ze stelt zich niet op als juf die wel even komt vertellen hoe het moet.” Ria: “Als professional kan ik snel ophalen wat mensen nodig hebben. Ik kijk naar de mensen, niet naar of iemand een taalachterstand heeft.”
Kletspot
Ria vond het vooral belangrijk dat er veel positiviteit kwam. “Dat je op een positieve manier met elkaar bezig kunt zijn. Dat is ook creatieve werkvormen bedenken. Eén daarvan is de Kletspot. Dat is een pot met kaarten met vragen, stellingen en dilemma's. Behalve dat je oefent met lezen breng je iets op gang in een groep. De eerste keer kreeg iemand de vraag ‘lig je nog weleens lepeltje-lepeltje?’. Hoewel deze meneer net weduwnaar was, reageerde hij heel open. Hij vertelde zijn verhaal. Dan is het ijs gebroken. Anderen stellen zich dan ook kwetsbaar op.” Werkvormen uit de cursus:
- Heritage browser
- Kletspot (met kletskoppen erbij!)
- Startkrant
- Oefenen.nl
- Excursie naar het fruithuisje (geregeld door Remon)
- Rondleiding in de bieb. De bieb is een laagdrempelige plek. Er zijn veel mogelijkheden aan materialen en er zijn laptops. De deelnemers hebben van de gemeente een bieb-abonnement van een jaar gekregen.
Deelnemers geworven door Taalmeter
Remon heeft bij de gemeente de Taalmeter gemaakt. “Ik vond het geen probleem om mee te doen. Ik wil altijd wel bijleren. Ik vond lezen en schrijven vroeger al moeilijk. Van de 5e klas (groep 7) ben ik naar de LTS gegaan. Die heb ik niet afgemaakt. Ik kan wel lezen maar echt begrijpen wat er staat is lastig, bijvoorbeeld door moeilijke woorden. In mijn werk heb ik daar geen problemen mee gehad omdat ik vooral werk deed waar ik taal bijna niet bij nodig had. Aan m’n babbel ligt het niet. Ik ben best commercieel. Samen met een vrijwilliger ga ik door. Ik wil graag beter leren computeren.”
Vervolg
Het doel van de gemeente was dat mensen na deze zes bijeenkomsten verder zouden gaan met een ander traject. Dorine: “Eén van de zes deelnemers gaat verder met een vrijwilliger. De rest van de groep wilde wel door in groepsvorm, maar niet zelf een traject gaan volgen. Dat kwam bijvoorbeeld omdat ze de noodzaak niet zagen omdat ze werden geholpen door hun kinderen. Ria: “Er is een langere aanloop nodig om mensen echt te motiveren. Ideaal zou een mengvorm zijn: doorgaan met een groep én 1-op-1-begeleiding. Daar moeten ook financiën voor beschikbaar zijn. Maar dit is een leerproces, we kijken wat werkt.”
Ook voor NT2’ers wordt een cursus op maat ontworpen. Het wordt een cursus gericht op werk.
Meer weten?
Neem contact op met onze adviseur.Emily Schipper
Programmamanager- Mail Emily
- 06 15466954 06 15466954