Open readspeaker blockpopup
Taalakkoord & nieuw Taalhuis Horst aan de Maas en Venray
Naast dat Horst aan de Maas en Venray sinds 22 januari een Taalhuis rijker zijn geworden, werd hier onlangs ook het Taalakkoord ondertekend.
Wethouder Anne Thielen van gemeente Venray en wethouder Roy Bouten van de gemeente Horst aan de Maas kwamen met de maatschappelijke partners Synthese, Gilde educatie, Stichting Lezen en Schrijven en BiblioNu bij elkaar in de bibliotheek van Horst om hun samenwerking te onderschrijven. Met het Taalakkoord willen zij laaggeletterdheid onder de inwoners van Horst aan de Maas en Venray bespreekbaar maken en terugdringen.
Laaggeletterdheid heeft negatief effect op zelfredzaamheid
Uit onderzoek blijkt dat zo’n 8 tot 11% van de inwoners van de gemeente Horst aan de Maas en 13 tot 16% van de inwoners van de gemeente Venray moeite heeft met lezen en schrijven. Deze mensen, in de leeftijdscategorie van 16 tot en met 65 jaar, beheersen de basisvaardigheden onvoldoende en dit maakt het voor hen lastig om volwaardig deel te nemen aan de samenleving. Het niet goed kunnen begrijpen van informatie heeft namelijk grote invloed op iemands zelfredzaamheid en gezondheid. Overigens vallen onder basisvaardigheden ook rekenen en het werken met computers.
Vliegende start
Vanuit het taalakkoord zal het spiksplinternieuwe Taalhuis worden uitgebreid om laaggeletterden te vinden en te begeleiden. De nieuwe Taalhuiscoördinator Margriet van der Krogt zorgt voor het draaiende houden van het Taalhuis en gaat via instanties op zoek naar laaggeletterden en vrijwilligers. Ze is vol enthousiasme begonnen en geeft aan dat er op dit moment al een groei in het aantal cursisten te merken is. In Horst zijn ze dan ook naarstig op zoek naar meer vrijwilligers.
Aan de vrijwilligers worden cursussen aangeboden op het gebied van coaching. Daarbij ontvangen zij didactische en pedagogische handvatten. Inmiddels zijn ze bijna allemaal getraind door Stichting Lezen en Schrijven. Er worden op vaste tijden taallessen gegeven, maar individuele taaltrajecten behoren ook tot de mogelijkheden. Daarnaast is er een Taalcafé, waar cursisten in groepjes aan hun luister- en spreekvaardigheid werken door middel van een spel of het bespreken van een thema, onder het genot van een kop koffie of thee. Verder staan ook reken- en computervaardigheden op het programma.
Margriet benadrukt echter het belang om naar de mens achter de leervraag te kijken, hetgeen hij of zij graag zou willen leren of verbeteren, en hem of haar dan door te verwijzen naar een passende cursus of activiteit, zoals de kook- of toneelclub. “Want ook in dit soort activiteiten zit een taalvraag”, vertelt ze. “Denk maar eens aan het leren lezen van een recept of een script.” Zo vormen leuke, leerzame activiteiten samen met meer schoolse cursussen het antwoord op allerlei leervragen van mensen.
De drempel verlagen
Ondanks dat Margriet pas enkele weken geleden is gestart in haar nieuwe functie, heeft zij genoeg ideeën en plannen voor de toekomst. Zo denkt zij bijvoorbeeld aan een Taalcafé in Horst met een groter aanbod aan spreek- en schrijfvaardigheid. Maar een belangrijk doel dat zij zich heeft gesteld is het verlagen van de drempel om het Taalhuis binnen te stappen. Margriet hoopt dat de vele activiteiten en het Taalcafé mensen over de streep zullen trekken. Bovendien zouden de activiteiten kunnen fungeren als camouflagecursussen. Naar aanleiding van bijvoorbeeld de toneelcursus kan een cursist namelijk besluiten zich ook in te schrijven voor een taalcursus. “En dan is er nog de schaamte”, gaat ze verder. “Er rust nog steeds een groot taboe op laaggeletterdheid, daarom roep ik vrijwilligers en cursisten op om het thema in hun eigen omgeving bespreekbaar te maken.”
Het wiel niet opnieuw uitvinden
Margriet hecht veel belang aan de kennis en ervaring van andere Taalhuiscoördinatoren en ziet ernaar uit om met elkaar te sparren. “Concurrentie wil ik niet voelen en hopelijk voelen anderen dat ook niet”, merkt ze op. “Laten we alsjeblieft gebruik maken van elkaars kennis en kunde.” Bij een goede samenwerking en verwijzing naar elkaar hoeft het wiel ook niet telkens opnieuw te worden uitgevonden. Ze is er nog niet aan toe gekomen om bij andere Taalhuizen binnen te kijken. “Maar dit staat zeker op de agenda!”, besluit ze enthousiast