Voel je goed! wordt succesvol ingezet in Oudenbosch. Yvonne van Egmond, projectleider Voel je goed! in West-Brabant, geeft uitleg.

Gezondheid en taal oefenen

In Oudenbosch is Yvonne de cursus begonnen in samenwerking met de GGD, TWB Thuiszorg met Aandacht en Stichting Lezen en Schrijven. Yvonne: “We wisten dat Stichting Lezen en Schrijven dit materiaal aanbood. Het leuke van deze cursus is dat je bezig bent met het thema gezondheid maar ondertussen oefen je ook met taal. Het materiaal leent zich daar goed voor. Aan het einde van elk hoofdstuk staan bijvoorbeeld de moeilijke woorden uitgelegd. Het zou mooi zijn als deelnemers door de cursus Voel je goed! de smaak te pakken krijgen en doorgaan met een cursus basisvaardigheden, afhankelijk van wat zij nodig hebben.”

Diëtist: werven en begeleiden

Het werven van cursisten gaat in samenwerking met een diëtist. “Ik heb daarvoor samenwerking gezocht met de diëtisten van TWB, omdat zij hetzelfde werkgebied hebben als de bibliotheek in West-Brabant. Diëtisten zien bij hun cliënten bijvoorbeeld dat informatie niet aankomt. Als zij vermoeden dat hun cliënt moeite heeft met lezen en schrijven kunnen ze dat bespreken of de Taalverkenner inzetten. Zij verwijzen dan door naar een cursus Voel je goed!. Diëtisten worden landelijk geïnformeerd en getraind, bijvoorbeeld over het screenen en de principes van motiverende gespreksvoering. Bij de cursus in Oudenbosch kwam een diëtist uitleg geven waarvoor je bij haar terecht kunt. Ze blijft betrokken tijdens de cursus om vragen te beantwoorden en om adviezen te geven.”

Overzichtelijk materiaal voor vrijwilligers

De vrijwilligers van deze cursus waren al taalvrijwilliger. “Zij hebben een trainingsmodule over Voel je goed! gevolgd. In die training leerden ze het materiaal kennen. Dat is niet alleen mooi en aantrekkelijk om te gebruiken, maar ook duidelijk en goed uitgewerkt. Er is een handleiding voor vrijwilligers met uitleg over wat je in elke les doet, waarom, hoe je dat kunt brengen en wat je nodig hebt. Ook oefenen ze in de training met bewegen. Het bewegen in de cursus is laagdrempelig, we starten bijvoorbeeld met oefeningen zittend op de stoel.”

Opbouw en supermarktbezoek

Ook voor de deelnemers is het materiaal begrijpelijk. “Zij krijgen een eigen map. Er staan veel pictogrammen in waardoor het duidelijk is wanneer je wat gaat doen. Elke les heeft een standaard opbouw, er zit regelmaat in. Je maakt opdrachten samen, er zijn stellingen waar/niet waar en beweegoefeningen. Elke les heeft een thema. In het begin is dat bijvoorbeeld motiveren en doelen stellen, hoe je steun kunt krijgen bij anderen en jezelf kunt belonen. De cursus gaat uit van de nieuwe Schijf van Vijf en Beweegrichtlijnen. Tegen het einde van de cursus is er een supermarktbezoek, begeleid door de diëtist. Zij vertelt dan hoe je etiketten leest en hoe je gezonde keuzes maakt, heel praktisch dus.”

Écht iets bereiken

De cursus omvat 20 lessen. “Om te komen tot gedragsverandering heb je een half jaar nodig. De vrijwilligers vinden het heel leuk om te begeleiden. Door de opbouw hebben ze echt het idee dat ze iets bereiken, ergens naartoe werken. De deelnemers komen steeds enthousiast binnen en ze hebben veel lol met elkaar. Ze gaan ook met elkaar wandelen tussen de lessen. Ze ervaren het als een voordeel om deze cursus met een groep te doen.”

Tip van Yvonne: werk samen met organisaties als de GGD (voor contacten met intermediairs), de gemeente en Taalpunten.

Meer weten?

Wilt u meer weten over het lokale taalnetwerk in West-Brabant? Neem dan contact op met Ernestine Schipper via ernestineschipper@lezenenschrijven.nl.

Waar werf je deelnemers voor deze een cursus? Via:

  • diëtist
  • praktijkondersteuner / huisarts
  • taalgroepen waar deelnemers interesse hebben in het thema of waar behoefte is om met een nieuw thema aan de slag te gaan
  • welzijn
  • werk / bedrijven
  • GGD
  • programma’s voor ouderbetrokkenheid
  • ouders van jongeren die worden begeleid bij hun gewicht
  • buurtsportcoaches